Opvouwbare wandelstok mee in het mandje, dankbaar voor de lage instap, dankbaar voor deze speciale fiets gekregen van mijn zussen. Fietsen maar. Onmacht, verdriet en gefrustreerdheid eruit ademen. Uitwaaien. Levenskracht inademen. Afstappen bij de koeien.
Eerst bij vijf koeien (of zijn het nog pinken want er staat een stier bij?) Ik leun over het hek, een meter schrikdraad tussen de dieren en mij. Ik sta een tijdlang te snotteren dat ik zo verdrietig ben, vertel ze dat ik het ermee gehad heb met steeds weer gekwetst te worden maar dat ik ondanks alles toch van het leven houd. De dieren kijken even op om vervolgens stoïcijns en op hun gemak verder te grazen ondanks mijn aanwezigheid. Het werkt kalmerend en het maakt dat ik mijzelf niet al te serieus neem. Ze blijven bij het hek net als ik. Na een poos knap ik op en buig
mijn hoofd voor de koeien en de stier. Mijn hart is weer warmer
aan het worden. Dank je wel.
mijn hoofd voor de koeien en de stier. Mijn hart is weer warmer
aan het worden. Dank je wel.
In mij begint een lied te zoemen terwijl ik weer op de fiets stap.
Een paar honderd meter verderop staat een groep oudere en jongere koeien en pinken bij een hek. Geen schrikdraad.
Wederom stap ik af en neuriënd, ze vooral in het begin niet
aankijkend, leun ik ook daar tegen het hek aan, mijn armen hangen losjes eroverheen. Het is er vriendelijk, het is er een
gezellige boel, nieuwsgierig willen ze met zijn allen bij mij
staan. Twee grote oudere koeien komen nog nader, ik word besnuffeld en ik sein: dank je wel voor jullie melk, yoghurt, kaas en namens mensen die vleeseten, dank voor jullie vlees. Dank je
wel voor jullie geven. Ik ben voorlopig uitgegeven. De grote en
warme koeienogen kijken mij indringend met zachte kracht aan. In de achterhoede staat er éen het lijkt wel bijna op de tenen van haar hoeven te staan tussen alle ruggen met de oren weid en de ogen glanzend op mij gericht.
aankijkend, leun ik ook daar tegen het hek aan, mijn armen hangen losjes eroverheen. Het is er vriendelijk, het is er een
gezellige boel, nieuwsgierig willen ze met zijn allen bij mij
staan. Twee grote oudere koeien komen nog nader, ik word besnuffeld en ik sein: dank je wel voor jullie melk, yoghurt, kaas en namens mensen die vleeseten, dank voor jullie vlees. Dank je
wel voor jullie geven. Ik ben voorlopig uitgegeven. De grote en
warme koeienogen kijken mij indringend met zachte kracht aan. In de achterhoede staat er éen het lijkt wel bijna op de tenen van haar hoeven te staan tussen alle ruggen met de oren weid en de ogen glanzend op mij gericht.
Het ga jullie goed, wens ik ze toe. Dank jullie wel, sein ik ook naar dit groepje waarbij ik opeens een moederlijk gevoel heen en
weer voel golven. Moeders onder elkaar.
De oudste komt nog dichterbij, met éen oog kijkt zij mij aan.
-Je wou toch niet wéer moeilijk gaan denken over het moederschap, he, jij moedertje?
—Yep, koe.
Ik concentreer mij op mijn adem, sluit mijn ogen, volg haar natuurlijke gang en voel hoe moeder koe en ik in hetzelfde ritme ademen.
Dankbaar vervolg ik mijn weg.
Nieuwe ronde, nieuwe kansen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten