Powered By Blogger

zaterdag 24 augustus 2019

2.160 de laatste

Langzaam bewegen de planten in het lichtstromende water. Geen andere kleurrijke sierlijke zwembewegingen meer sinds de laatste twee sluierstaarten op vier en twintig juli jongstleden zijn overleden. Drie maanden daarvoor hemelde het zeventienjaar oude maatje van haar die nu alleen achtergebleven is. Onzichtbaar, verscholen achter een steen slijt de ancistrus haar dagen.
Zeventien en een half jaar is oud voor een bodemlevende. Eerder in de maand kwam zij nog wel tevoorschijn en at dan het extra groenvoer wat ze kreeg op als een vorm van troost. Opgedrongen emo-eten. Of ze kwam te voorschijn en zoog zich vast aan het glas, daar waar die ene hand plat tegenaan gelegd wordt. Als een teken van leven bewoog ze zich tegen de hand aan. Bewoog met de hand mee. Muziek, ja daar hield zij van, maar de laatste dagen komt zij er niet voor te voorschijn. De grote bak is beslist geen bak meer. Het is als een lege zee. De vrouw van de hand denkt soms aan een kleinere huisvesting voor het diertje, maar nee als je 17,5 jaar vertrouwd bent met je leefgebied dan wil ze het de vis niet aandoen om te moeten verhuizen. De vrouw denkt terug aan de tientallen jaren dat ze vissen verzorgde. Het was speciaal. De diertjes waren haar huisgenoten. Haar vissen -behalve de laatste twee sluierstaarten die slechts de leeftijd van twee jaar bereikten- werden oud en reageerden op haar aanwezigheid en die van haar katten. Nu ligt haar laatste poezenbeestje naast het leeg aandoende aquarium alsof ze een wake houdt. Het is niet meer wat het geweest is. Wat was het bijzonder wanneer de bak een schoonmaakbeurt kreeg en deze achtergebleven algeneter de andere opzocht. Vin aan vin hingen ze dan gezusterlijk tegen het glas aangezogen. De staarten en zijvinnen waaierden als rokjes uit. Hun kleine geweien als kroontjes.
 Wat was Joy1 de grote zilverwitte sluierstaart- die vijftien jaar werd - bijzonder. Als een dolfijntje was hij en een speciale huisgenoot, ook voor de katten. Ze volgden elkaar. Het is niet te verwoorden. De vrouw van de handen weet dat wanneer Linda overleden zal zijn het vissentijdperk in haar huis na meer dan dertig jaar voorbij zal zijn. 

Deels is het nu al over want er zwemt geen vis meer in het licht bewegende water.
Bij zo’n oude algeneter kun je geen maatje meer plaatsen. Jonge sluierstaarten dan? 
Nee, die tijd is voorbij. Dankbaar voor dat wat was is ze voor haar gevoel al afscheid aan het vissentijd. 

Het besluit van de vrouw is zowel verstandig als deprimerend. 
De Laatste voelt waarschijnlijk haar afscheid al?  Hoe kan ze het leven van deze algeneter veraangenamen? Of ...projecteert de vrouw? 







Geen opmerkingen:

Een reactie posten