Powered By Blogger
Posts tonen met het label opruimen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label opruimen. Alle posts tonen

zaterdag 13 maart 2021

2.303 Nieuwe Maan en mijn vaders stem

 Ja, mijn schrijfsel over Internationale Vrouwendag ligt nog te sudderen. 8 maart was het.

Nee, ik zie het als altijd Vrouwendag, Mensendag. Sprak er met mijn dochter over. Ze vroeg door de phone:” wat schrijf je dan?” Ik las het voor. Over haar had ik ook geschreven en over mijn vroegere vrouwenzelf.

We schrapten het.

Daar denk ik nog steeds over na ...

Is het een loslaten? Dat schrappen van zaken die mij vreselijk naar raakten in het verleden en die deels nog doorwerken? Misschien wel, misschien niet. Alles op zijn tijd. In ieder geval kies ik ervoor om het geenszins te bagatelliseren.


Nieuwe Maan, nieuwe cyclus,  nieuw begin. Loslaten dat wat was. Opnieuw beginnen. Leven. 

Lef  hebben. Het stukje over Internationale Vrouwendag mag vanuit mijn intuïtie komen samen met oude vrouwenleed. Alles op zijn tijd. Ik laat los, ik ruim op, ik verscheur, ik sorteer, ik verplaats, ik geef door, ik geef weg. Vind brieven, veel brieven, ook van mijn vader. Aaah op die dag  dacht ik: “op twee mensen na in mijn leven schrijft niemand meer handgeschreven brieven” ontdekte ik een bericht met oproep tot brievenschrijver. Per e-mail of met pen op papier via www.schrijvennaardetoekomst.nl  waar je gekoppeld wordt aan een nog onbekende briefpartner. Ik heb mij opgegeven. Zo spannend en zo eng. Ik blijf door mijn stresssyndroom heenademen  en accepteer dat ik een schijtlijster ben. Ben ik dat? Het ís spannend. Echter, wat is het verschil met hier schrijven en een brief? Hm. Hier houd ik mij toch in. In een brief is het gauw schrijf maar raak, hoewel dát gevoel nu aan het wegebben is. 


Ondertussen ga ik gestaag verder met opruimen. Vandaag de duurzame bouwdoos voor het houten speelgoedchalet die nog van mijn op dertig jarige leeftijd om het leven gekomen broer is geweest. Ik geef door. Zo jammer dat er geen kringloopwinkel of rommelmarkt open is. Verder  maar weer, verder met opruimen. Oude spullen van mijn werk verscheurd. Ah, mijn vader vond álles historisch. 

 Maar ja, ik wil het mijn kinderen niet aandoen om zoveel- als ik de geest geef- op te ruimen. Schriften vol ellende en vreugde ten tijde van mijn jaren in de Thuiszorg. De declaratieformulieren, ik verscheurde ze. Nooit meer uren bij elkaar hoeven te sprokkelen. Alleen sommige bijzondere werkverhalen heb ik bewaard. Toch was het een goede tijd. Maar ja, mijn stresssyndroom vierde vaak hoogtij als ik een  dienst had waardoor ik naar een onbekende in the middle of  nowhere moest. Als ik er was dan was alles ok. Ik deed mijn werk goed en vanuit mijn hart. Loslaten, ook die periode. Echter, het heeft mij gevormd. Goede herinneringen aan de vele cliënten/ patiënten. Tot  aan mijn pension met een o uren contract gewerkt, zwaar want je kunt zeggen wat je wilt maar de huur moét betaalt worden en er moet brood op de plank. Mijn dochter was toen nog thuis. 


En nu? In de stilte van de late avond voel ik mij rustig, maar toch stuitert het  in mij. Heb zoveel opgeruimd. 

Laatst nog, een stapel schoenendozen met negatieven en schoenendozen met muziek cassette bandjes heb ik verplaatst naar de voorzolder. Mijn atelier is te vol. Owww. Ik mag niet meer schilderen van mijzelf - terwijl ik erge behoefte heb- totdat ik weer eens mijn schilderplek heb aangepakt en het een en ander weg heb gedaan. Tegenwoordig schilder ik over eerder beschilderde doeken heen. 

Twee schoenendozen met muziekcassette bandjes, waarvan ik vaststelde dat er één verdwenen is. Waar oh waar zijn ze? Maar ja, mijn oude slecht werkende cassette recorder heb ik net voor de lockdown van een jaar geleden nog door kunnen geven. In de schoenendozen zaten oa bandjes in met de stemmen van mijn overlenden ouders en mijn overleden broer. Iets tastbaars. Iets voelbaars.


 In de Stilte probeer ik mij hun stemmen te herinneren. Ik zal ze niet meer horen of wel? 


Een mooi lief mens bood aan de tapes te digitaliseren en ik zond hem het enige bandje van één van mijn ouders - mijn vader- dat ik gisteren nog kon vinden. Een heel gek gevoel was het om Papa’s stem in een envelop op de post te doen. Zijn handschrift heeft zijn energie. Dát is hij. Zijn handschrift leeft of is het slechts een herinnering. Slechts? Maar de stem. Ja, een handschrift heeft eveneens een stem. Nu ook schrijf ik met mijn innerlijke stem. Een verbale stem is andere koek. Een andere dimensie. 


De laatste keer dat mijn vader en ik met elkaar spraken was de avond voor zijn plotselinge overlijden. 

Zijn speciale naam voor mij hoorde ik voor het laatst. Zijn: hou je goed. Daarmee sloot hij gesprekken en brieven af. Sindsdien is Papa’s stem stil. Zijn lichaam is niet meer. Zijn as is verstrooid. Doch de tape met zijn stem wordt gedigitaliseerd door de mooie mens die het aanbood te doen. Ik besef nu hoezeer ik Papa mis. Altijd al. Mijn vader deed naar beste kunnen. Hij was een topvader en zijn brieven waren hem. Altijd met minuscule tekeningetjes. Met zijn humor. Het zou mij ergens niet verbazen als op die tape niet zijn stem staat en dat er een ander bandje in het doosje zat. Het zal toch niet? De ochtend van zijn overlijden was dat ook echt papa achtig zoals dat ging en dat ik in mijn hoofd zijn stem hoorde die zei: onthoud dat  humor de smeerolie van het leven is waarna de téléphone ging en ik te horen kreeg dat hij was overleden. ik schreef er al eens over in mijn Blogspot. Of was het in mijn vorige?



Zachte muziek danst door de kamer. Heerluck de rust die er nu heerst in en om mij heen. 

Over een paar dagen hoor ik mijn vaders stem weer (of niet😅 , áls het bandje niet in dit doosje zat) wellicht ook die van mijn moeder? Op dit moment ik mij nog nooit zo sterk hun dochter gevoeld. Ze leven voort in mij. Hun kwaliteiten en sommige tekortkomingen hebben zich vermengd met mijn talenten en ik maak er maar een rommelig, warrig zooitje van? Soms wel, maar ik maak mijn  keuzes. 


Binnenkort hoop ik mijn vaders stem te mogen horen. Van ver over de dood heen. Wat een wonder is techniek. Momentopnames uit het verleden. Jaren ‘70 of ‘80? Mijn hart krampt opeens van verdriet en van warmte tegelijkertijd. Hart gevormd in mijn moeders buik dankzij een minuscuul zaadje en eitje. Wat een wonder is het menselijk leven. Het voortbestaan. Het doorgeven. Perpetue mobile van de harteklop. Generatie na generatie na generatie. Met mijn twee zussen vormen wij nu de oudste generatie van onze familie.


In gedachten zie ik mijn ouders, broer en zovelen dierbaren die overleden in de kamer op de bank zitten. Volle boel.

Alleen mijn vader is ooit in dit huis geweest. 


Binnenkort hoor ik zijn stem. Een levende herinnering in het hier en nu.

Ik mis mijn ouders en broer. Sterk hun voel ik  hun aanwezigheid. Echter, toch zijn ze niet meer. 


Het is Nieuwe Maan.





woensdag 6 januari 2021

2.290 Tante Adel

 Opruimen. Spulletjes doorgeven ( uit 1933) die  ik vind in spulletjes van een oudtante en mijn vader.  Adressen zoeken  en vinden van mensen die er geïnteresseerd in zouden kunnen zíjn. Ze aanschrijven. En ...ik ontdek dat de hortensiatakken die ik in de herfst met haar wasachtige bloemen in water heb gezet  prachtige ragfijne worteltjes hebben gekregen. Ik zet de twee takken in een pot met aarde en ontdek knoppen op de takken. De plant geef ik voorlopig een plek in de vensterbank die uitkijkt op de tuin waar de struik waar zij van af stamt staat te verdorren. Echter, ze komt weer tot leven. Ieder jaar weer.


Mijn  tuin waar veel hortensiaplanten staan. Zoals bij tante Adel destijds het geval was. Dan besef ik plotsklaps dat het Tante Adels geboortedag is. Ze werd geboren op 5 januari 1899, dat lijkt eeuwen geleden. Nee, het zijn geen eeuwen. Wel 120 jaar geleden. Ze overleed in februari 1984. Zoonlief was toen bijna 2 jaar.

 Het lijkt als gisteren dat ik als klein meisje bij haar werd gebracht in haar huis aan de Steniaweg te Zeist. In mijn herinnering stond ze áltijd als ik kwam in de deuropening. Met de armen wijd verwelkomende zij mij met “dag Tilleke “en drukte mij aan haar boezem. Ze rook oud en jong tegelijkertijd. Muffig en fris. 

Tantes huis had een intens knusse, gezellige sfeer. Vaak draaide ze op haar hypermoderne grammofoon ‘ ik zou wel eens willen weten’ door Jules de Corte. Daar praten we dan over. Vele gesprekken met mooie Stiltes waardoor je zelf leerde denken en voelen.


Net zocht ik of ik het lied kon vinden op you tube en jawel. Tevens een versie met Frans Halsema die antwoorden geeft op Jules vragen. Niets mis mee, maar het meisje dat ik ooit was plaatst hier in herinnering aan haar oudtante Adel  - de zus  van mijn Oma aan moeders kant, die ik nooit gekend heb- de haar vertrouwde versie van Jules de Corte. https://youtu.be/tKtSZFLwGsM inclusief gekraak van de naald op de plaat.

Daar zaten we dan in de kleine zitkamer te luisteren en te luisteren. De zon scheen door de ramen en stof danste in de straal. Zo mooi. Verwondering allom. De meubeltjes konden verhalen vertellen en het klokje liet om het half uur haar tingelstem horen. De grammofoonplaat kraakte.

Tijdens de eerste Corona  lockdown heb ik in het kader van iets willen laten repareren en iets willen uitgeven voor iets dat voor mij belangrijk was en is ( oude waarden en normen. Beschaving en fatsoen) voor mij, eindelijk  de klok  laten maken. 

Ze weerklinkt tegenwoordig in mijn thuis, zoals tante Adel in mij resoneert. Ze weerklinkt ook in mijn kinderen, want de klok klingelde wel nog in het vorige huis waar mijn voormalig echtgenoot, de kinderen en ik woonden als gezin.


Aan tante denken maakt mijn hart blij.  Ze was een ongetrouwde onderwijzeres. Voor die tijd was dat zeer vooruitstrevend. Een gestudeerde, werkende, ongetrouwde vrouw. Wow!

Ah, hoe ze mij de liefde voor al wat leeft in de Natuur meegaf. Het was heerlijk om haar in de tuin te helpen. Te leren dat er geen onkruid bestaat en dat iedere bloem mooi is. Haar tuin had iets wilds en tóch gecultiveerd. Net als mijn tuin. Mijn tuin is een samenvoegsel van hoe mijn ouders de laatste tuin die ze hadden onderhielden. Samen. Ieder een helft.


In mijn herinnering was de tuin van tante Adel een diepe tuin. Links een witte schuur met ervoor hortensias naast een bankje. Een lang pad - waar aan weerszijden eveneens hortensias groeiden en bloeiden- liep naar het theehuisje achterin? Daar thee drinken was het summum van gezelligheid.

Het dringt tot mij door dat ook ik een pad heb gemaakt door mijn tuin, die een en al tegel was toen ik er kwam wonen. Wat een verdriet was die betegelde ‘tuin’. Mijn boosheid en verdriet over de scheiding en het moeten verlaten van mijn vorige plek met tuin heb ik weten te transformeren door tegels eruit te sjouwen. Steeds weer gingen er tegels uit. ‘Toevallig’ kon iemand in de straat ze gebruiken. Ik kreeg er aarde voor terug. Goede deal. Planten kwamen vanzelf. Gekregen van familie, vrienden en vogels.


Tantes poezebeest sjouwde ik door de struiken heen, die samen als een bos waren. Tegenwoordig loop ik door mijn tuintje en doe ook of het een bos is. Iedere keer ontdek ik iets nieuws. Een plant, vogels of insecten. Net als bij tante Adel komen er veel vogels. Vooral mussen. Op dit moment zitten er een drie op een tak van de boom op en neer te deinen. In de keuken hangt een kleine tekening van tante met een tak waarop mussen zitten. Wonderluck! @ dankbaar.


Ik ga naar Google Earth en Google Zeist, Steniaweg. Was het nummer 21? Vaag meen ik van wel.

Hoppaaaa. Daar ben ik in de Steniaweg. Op 21 zie ik in de smalle achtertuin geen groen😢. Met allemacht probeer ik de herinneringen vol schoonheid uit mijn vroegste kinderjaren vast te houden. Ook vanuit het eerste pleeggezin waar ik werd een jaar werd gepoot mocht ik tante Adel bezoeken. Ze was een Pied á Terre. Dank u wel, lieve tante Adel.


Tante leeft voort in mijn tuin en in mij.  Ook herken ik haar in mijn oudste vriendin hier in het dorp. 90 jaar is ze. Haar huis heeft dezelfde sfeer als dat  tante Adels huis had. Zijzelf lijkt er zelfs wat op. We houden beide van de Natuur. Echter, door Corona mag ze geen bezoek ontvangen- van haar goedbedoelende dochters- noch op bezoek gaan. Maarrr ze blijft wandelen. 

@dankbaar voor het nest waaruit ik geboren ben. Moge mijn kinderen -net als vroeger- ook weer de band met de Natuur voelen. Maar ja, ze maken hun eigen keuzes en geen mens is gelijk.


Mijn moeder glimlacht en reikt mij over de dood heen haar warme glimlach aan. 


                                                                     💕 

https://nl.wikipedia.org/wiki/1899 uit het geboortejaar van mijn oudtante Adel. 





zaterdag 4 juli 2020

2.254 Dagboeken

Dagboeken volschrijven vindt zij de hemel en de hel. Het is een niet zonder kunnen en een niet zonder willen. Papier was en is  geduldig terwijl de pennen zin na zin en dagboek na dagboek volschreven jaar na jaar na jaar. Het is als een nabije vriend/ vriendin hebben die veel van je diepste gedachten en gevoelens kent. 

Ze begon met deze manier van schrijven toen ze op haar 12de naar het eerste pleeggezin werd gestuurd. Vier jaar lang pende ze van zich af. De dagboeken verstopte ze en propte ze nadien diepweg in de dichtstbijzijnde vuilnisbak als ze werd overgeheveld naar een ander gezin. Drie sleet ze er. Of sleten drie haar?

woensdag 15 april 2020

2.240 maak er wat van ( leven en laten leven)

Mensen in haar omgeving zijn vriendelijk, behulpzaam en zo lief. Er is veelheid. Zal ze een 1/2 oxazepam  innemen omdat zíj de telefoon niet kan behappen?  Aan zichzelf valt nog veel te tornen, daar is ze het volmondig met haar inner criticus mee eens. Net heeft ze namelijk heel primair gereageerd op een artikel  van 1Vandaag over dagboekschrijven. Ze schaamt zich er dood over.

vrijdag 21 februari 2020

2.222 Opruimen

Al een week ben ik flink aan het opruimen, schoonmaken, netjes inruimen, doorgeven of ik breng spullen naar een milieubak. Stel dat mijn geheugen slechter wordt? Dan heb ik geen houvast meer? Kom op, doorzetten. Eenmaal de opruimsmaak te pakken, gaat het steeds gemakkelijker. Hoewel ...regelmatig sta ik met iets in handen waaraan een herinnering kleeft. Ik zeg bij alles dank je wel. Doch het glazen potje halfvol bruine basterd suiker -met op het vergeelde, nee eerder verbruinde etiket, in mijn moeders handschrift de woorden bruine suiker - geeft mij iets extra’s vertrouwds. Omdat mijn moeder geen graf heeft is dit een extra tastbare herinnering als een groet van haar. Het zelf gebruiken? Nooit gedaan. Het lijkt op een relikwie? Zou de suiker nog goed zijn? Wanneer overleed mama? 11 september 1995. Daarvoor had ze vier zware jaren na een CVA (hersenbloeding) met afasie. Niet meer kunnen spreken, lezen en schrijven was een hel voor haar en het te moeten aanzien eveneens. De bruine suiker is van vóór die tijd. Ze heeft het zéker dertig jaar geleden in het potje gedaan en er af en toe zuinigjes een boterham mee bestrooid. Na de hersenbloeding kwam ze -behalve die laatste keer om aan te wijzen wat mee moest naar het verzorgingstehuis-nooit meer in haar woning. Het potje zet ik terug in een van de keukenkastjes op bovenste - nagenoeg lege- plank waar het gezamelijk met een oude plastic koffiefilter en een ouderwets metalen Frans expresso koffiezetdingetje een plek krijgt. 

vrijdag 14 februari 2020

2.220 Joy

Vanmorgen liep ik naar de Mobiele  Milieu straat. Van alles heb ik bij mij in de grote tas die aan de rollator hangt. Van oude verf, latjes van een lattenbodem waarvan ik al een jaar denk ‘daar ga ik iets van maken’ ( nee dus, nog steeds niets al prentte mijn vader mij in dat een mens alles moet bewaren omdat je nooit weet wat voor tijden er komen, oorlog of andere tekorten. Ja, Pap, je hebt gelijk. Ik begrijp het en tegelijkertijd kun je ook veel voor kunstgebruiken. Maar ook ...veel)  hard plastic, kapotte huishoudelijker spullen tot batterijen. Dank dat jullie er waren. Bij mijn kapotgelopen  wandelsneakers aarzel ik. Dag schoenen. Dank je wel. Jullie zijn nog uit het lopen zonder rollator tijd. Wat liepen jullie tof.Toch maar in de kledingbak?  Moeilijk. Een ander heeft er niets aan. 
Met de lege grote boodschappentas loop ik weg van de mobiele milieustraat. Dag mijnheer.

donderdag 22 november 2018

2.47 Opgeruimd

Jawel, ik heb zowaar mijn zolder opgeruimd. 
Zoveel heb ik weggedaan, hoppa neem maar mee. 

Mijn atelier heb ik ook opgeruimd. ‘De ziel is eruit’ merkte een vriendin op.’Te netjes.’

zaterdag 17 november 2018

2.44 3) Opruimen, doorgeven en loslaten

In de opruim en doorgeef modus zijn. Aan mensen vragen, ‘wil je dit en dat?’ ‘ja, dat wil ik graag. ’ Dag en tijd afgesproken. Aan weer anderen vragen en men reageert nog niet dus aan weer een ander vragen’ wil je dit of dat hebben?.’ Ja dus. Tijd afgesproken.. Doch het wordt afgezegd. Een ander zegt ook af. Weer een ander eveneens. Drie verhuizen naar de maandag, komen dan ik weet niet meer wanneer ik weet niet meer wat ophalen. Maandag wordt ook een vriendin geopereerd. Mijn oude hersenen overzien het niet meer. Ik klim wederom naar de zolder. Ik kijk rond en denk: nu ga ik de verwarmingsman voorgoed afbellen. De verwarming deed het vanmorgen. Even later weer niet. Om gek van te worden. Ik krijg het er warm van. 
Welles, nietes. Het is Mercurius retrograde. Dochter wil nog steeds dit en dat naar de Kringloop brengen.

vrijdag 16 november 2018

2.43 2) Gedachten over opruimen

 Ik ben verder gegaan met opruimen, alles gaat door mijn handen. Dochter zegt:
‘ Mam, ik breng het wel met de auto naar de Kringloop.’  Heel lief, maarrrr... er valt nog niet veel te Kringlopen. De koffer waarmee mijn moeder  diverse keren mee naar haar broer in Canada verhuisde, heb ik weer naar boven gesjouwd ( daar gaan spulletjes van vroeger van de kinderen in) de sloten sluiten niet goed. In ruil daarvan gaan de deur uit: het gordijn dat in de woonkamer van mijn ouderlijk huis vanaf 1947 hing- later in de kamer van mijn dochter achter het gordijn tegen tocht- plus de de plaid die mijn vader in de auto had. Iemand die kou lijdt zal er blij mee zijn. Het is goede kwaliteit. 

2.42 1)Gedachten over opruimen

Heus, ik ben een mens dat kan opruimen en  deelt maar anderzijds kan ik ook star mij vastklampen aan oude spullen. Doch, pas nog begonnen met mijn email box te legen. Hoppaaaa weg ermee. Ik ben nog maar in 2015 aangeland. Ja, er zijn ergere dingen, ja dat weet ik. Ook leuke dingen, mijn dochter is met een andere woning bezig. Zij is blij, blij, blij. Zoon is door onrustig water aan het varen, tobt  doch  gaat niet bij de pakken neerzetten en neemt toch stappen. Ik tob ook. Ik tob over mensen die de dingen te erg kunnen verdraaien, vol aannames eigen rechter spelen, die mijn zoon zwart maken en mij al drie keer in de afgelopen jaren de stuipen op het lijf hebben gejaagd. Dat gaat mij niet in de koude kleren zitten, doch als moeder kun je het slechts aanzien.

Veelheid.

Tussendoor heb ik de centrale verwarming wat harder gezet. Deze vertoond mankementen. Dus ... twee keer de installateur gebeld. Maar als ik overprikkeld ben dan heb ik nauwelijks verbale woorden. Dus na de eerste keer bellen op 29 oktober was en is het probleem nog niet verholpen. 
Mijzelf gepusht om wederom te bellen en er kwam een monteur. Deze man kwam, doorliep het huis, zag en constateerde dat er op zolder veel spullen staan.  Dat alles  moet uit de hoeken zodat er een andere monteur bij de buizen kan. 

Ik hád een opgeruimde zolder. Had. Ja, veel spullen ook in mijn atelier waar ik al tijden niet meer heb geschilderd omdat ik niet tijdloos kon en mocht schilderen van mijzelf voordat er ik weet niet wat is gebeurd met die veelheid aan schilderwerkjes. Is allemaal gevoel. En ja, ik heb het al eens geordend en ...in hoeken gezet. Nu moet het uit de hoeken. Eind volgende week komt de reparateur,
Dagelijks beland ik op de zolder. Om daar net als de voorafgaande dagen bij éen doos te belanden. De herinneringen komen. Oké twee Sinterklaasboekjes doorgeven. Ik blader erin maar de boekjes zijn niet zo peadagogisch. Aan wie te geven? In mijn hoofd  hoor ik mijn vaders echo ‘historische besef, Til. ‘ ‘ ja, Pap, maar ik heb geen museum. En een museum wil dit ook niet hebben.’ Na lang gemijmer boven de twee boekjes leg ik ze weg. De kinderen willen niet meer aan Sint doen, de laatste echte keer was vlak voordat mijn ex wegging, ik moest en zou het nog gezellig maken. 
Vandaag belde een  mevrouw van het Installatiebureau met de datum. Eind van de maand.  Dan moeten de hoeken leeg zijn.

Ik denk aan de koude badkamer, echter ik ben dankbaar dat ik warm water heb. Er zijn mensen die het met minder moeten doen. Mensen die het  met veel minder tastbare herinneringen moeten doen. De beschadigde hutkoffer waarmee mijn Opa van vaders kant ooit heen en terug naar het oude Indië reisde is er voor het geval dat er ooit een watersnoodramp komt en ik op zolder moet bivakkeren.’ Dekens, plastic, handdoeken, lucifers, oud🤔 kattevoer, zaklamp, oud🤔 water enzovoort enzovoort. Ik zit bij de hutkoffer, prop er nog een groot stuk plastic in ( mijn vaders stem echoot weer: want dat mag je niet wegdoen.)  nu puilt het uit. Matjes om op te slapen, slaapzakken. ( voor het geval een van mijn kinderen bij mij is.) Pff. Zal ik dit alles weggeven? Nou nee. Ik bezweer mijzelf met magisch denken😁🤪 ‘zolang die hutkoffer daar staat komt er geen hoog water.’ Is het angst voeding geven? Nee, het is een loslaten. Oh ja? Ja. Net zoiets als een verzekering afsluiten. Een brandverzekering en brandmelders: magisch denken, er komt nooit brand. Absurd? Jammer dan.

Achter de hutkoffer ligt DE groene koffer van mijn moeder met de ronde OVE sticker van de vereniging van mensen met relaties/ dierbaren in Canada. Mijn moeder is niet meer, mijn naar America geëmigreerde oom sinds vorig jaar evenmin. Maar de koffer is er nog wel. Die koffer ís mijn moeder. Ik hoor haar blijde lach. Ooooowww, net als de grote bruine  tas waarmee zij op een karretje boodschappen deed. Het beeld van het rieten boodschappenkarretje waarmee wij vanaf eind jaren ‘50 boodschappen deden op de markt van het stadje waar we destijds in Frankrijk woonde ís ook mijn moeder. De koffer en de tas zijn meer mijn moeder dan haar as die onder een den in Den en Rust verstrooid is. Wat zeg ik toch? Een koffer als moeder?Hm, mijn vader zou het bagateliseren, echter ik ga nu niet aan mijn gevoel voorbij. Het is een afscheid nemen. Ik maak een foto van de koffer en de tas. Ook een inner foto. Dan de twee plunjezakken van mijn vader met in éen ervan zijn oude bergtentje waar ik ook nog een week in kampeerde. Ik mocht het aan niemand geven, want het was zijn tentje🙄.

 Kamperen doe ik niet meer. Zou niet weten hoe overeind te komen. Maar ja, dat dierbare tentje. Mijn vader sliep erin tijdens tochten door de Pyreneeën op zoek naar pisidiums  en ik weet nóg niet of het verhaal van de beer die daar rondliep waar was of niet.

 Indien je dit wilt delen in je Blog, Mathil,  dan moet je flink schrappen. Dat is ook opruimen.

 Aan de andere kant van de zolder staan voor ieder mijn beide kinderen 4 ( dus acht) zorgvuldig uitgezochte dozen met lieve werkjes voor mama, hun eerste tekeningen en latere tekeningen, impressie van de lagere school die later basisschool werd en impressies van de middelbare schooltijd. Hm, en beneden nog vele fotoalbums( zo sneu dat de fotorolletjes tijd voorbij is, wat genoot ik van foto’s ophalen en inplakken.)
Die spullen behalve de werkjes voor lieve😍 mama gaan linea recta naar de kinderen zelf. Ik denk terug aan de (ieder twee)  adoptiedagboeken ( pré adoptief en adoptief)die ze eerder al eens kregen. Nooit hoorde ik er iets over. Ik heb een bruin vermoeden dat ze er niet in lazen. Mogelijk te confronterend? 
Tja, en dan heb ik nog meer, ergens. Veel dagboeken😁. Mijn uitlaadklep. Het programma: Lief dagboek? Nee, daar doe ik niet aan mee. 

Mijn oudste zus zei ooit dat onze moeder alles goed in orde had. Op orde? Yep, voordat ze ziek werd en jaren later overleed had zij al haar  persoonlijke tastbare herinneringen had tot een minimum gereduceerd.     
Ze wilde niemand tot last zijn. Ik evenmin, ik ben ermee opgevoed maar ja ...ik leef nu. Maar ja, mijn kinderen met de veelheid aan boel opzadelen na mijn overlijden? Daar kies ik evenmin voor. Ze zullen genoeg tegenkomen.

917 woorden al. Ook veelheid.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Mijn atelier met een veelheid aan schilderwerkjes.

Een groot deel van de zolder is in de loop der jaren sinds mijn scheiding een vergaarbak van mijn schilderwerksels geworden. Ik begon met pastel tekenen in het vorige huis vlak voor dat mijn echtgenoot op 10 december 2000 de deur uitging en mijn ex werd. Uit wanhoop van het in de verlaten modus (= pleegkind modus) zijn ging ik in de teken modus. Later in de woning waar ik  nog  steeds woon  startte ik met schilderen. Ik schilderde, schreef mij het apekriek , ondertussen werk zoekend én steeds vindend. Op het laatste ben ik wel trots. Ik verhuisde in februari 2001 naar dit huis. Dat wil zeggen dat er aanstaande februari 18 jaar schilderachtigheden op zolder liggen, staan en hangen. Plus dezelfde hoeveelheid jaren dagboeken. In mijn leven heb ik regelmatig  dagboeken in de vuilnisbak gegooid. Ik kan het niet meer. Bij het oud papier doen? Vind ik te intiem. Ooit gooide ik schilderachtigheden bij het grof vuil. Het voelde klojo. Nog zie ik de kleurrijke abstract geschilderde kastdeuren in die container. Mijn hart krampte.


Het was iets gemakkelijker om mijn vorige Blogspot Schilderen en Schrijven te deleten.

Maar goed, wat te doen? Er zijn mensen die nauwelijks spullen hebben. Tastbare herinneringen. Herinneringen bewaar je in je hart. Voor een ander zijn mijn zolderspullen niets. Geen geldwaarde.
Ook kwam ik mijn borstkanker en vrouwen misère verwerkingsschilderij tegen. Al jankend van boosheid en verdriet heb ik het geschilderd. Nu ik het objectief bekijk zie ik dat het heel kinderlijk is. Dat maakt niet uit, het heeft zijn doel gehad. Maar ja, wat moet ik ermee? De zolder moet eind volgende week  begaanbaar zijn. Het is er zo vol. Het was er zo gezellig. Mijn heilige hol.

 In mijn atelier mag ik troep hebben van mijzelf, mag ik verf morsen, mag ik kliederen. Hoef ik niets op te ruimen van mijzelf. En nu? Een monteur kon zijn kont niet keren. ‘ overal spullen, die moeten weg uit de hoeken.’Ondertussen heeft dochterlief ook een deel van mijn zolder als opslagruimte.
En ....vandaag zei de medewerksters van het installatiebureau : ‘dan heeft u nog even de tijd om de zolder leger te krijgen, mevrouw. Dat is toch ook wel eens fijn om op te ruimen? ‘

Deze mevrouw voelt zich rebels, deze mevrouw wil niet op commando haar zolder hoeven op te ruimem. De rest van haar huis is toch aangepast? 

Maar ja, het universum geeft mij wel een seintje.’ Nu is het tijd’ 
Ja, wat? Ik denk dat ik de verwarmingsmonteur af ga bellen.

Hmmm ... de badkamer is wel erg koud en dat doet mevrouws botten, gewrichten en spieren geen goed. Maar ja, we hebben een dak boven het hoofd, er zijn mensen die dat niet hebben en er zijn mensen die geen tastbare herinneringen hebben. Dus ...wat zit mevrouw te miepen?


Oowww ... het boekenkastje in mijn atelier staat vol met jeugdboeken die ik van mijn vader kreeg. Franse boeken met in de meeste boeken een zo dierbare handgeschreven opdracht. Mijn kinderen wilden nooit deze boeken hebben. Wel las ik ze voor uit de Nederlandse Kinderboeken:De Pinkeltjes serie, Saskia & Jeroen, Jip& Janneke. Deze  en meer zijn wél al bij anderen. Ook de Sanne van Havelte serie. Ongelooflijk veel boeken gaf mijn vader zijn dochters en zoon. Dank je, Pap. De boeken die ik boven heb doen mij aan thuis denken. Wanneer ik thuis ( in Frankrijk) kwam uit de pleeggezinnen kreeg ik vaak zo’n boek.  Ook bij een goed cijfer, of als opkikker, of als ik weer weg moest kreeg ik vaak  een in cadeaupapier verpakt boek mee. Ook livres de poche. Literatuur voor een bakvis. Vaak te zware kost zoals bijvoorbeel La bête humaine van Emile Zola. Echter, wanneer je het vergelijkt met wat de jongeren vaak te zien krijgen met de altijd televisie op aan.

Oooh, ik dacht dat ik al mijn tranen al gehuild had, maar nu stromen ze weer. De meeste boeken waren als knuffels, ze gingen overal mee naar toe. Ik zat achtereenvolgend in drie pleeggezinnen. ( om de Nederlandse Taal te leren. Mijn vader werd uitgezonden voor zijn werk naar het Buitenland. Ik kwam- volgens zijn zeggen- niet goed mee in Frankrijk en moest weg ook omdat ik gepest werd.)

Hoe kan ik die boeken doorgeven, ze waren en zijn mijn houvast. En nog! Nog? Is dat zo? Ja, ze zijn als een knuffel. Bizar eigenlijk.
Pffff.
Wie kan ik blij maken met Franse jeugdboeken? Mijzelf! Of een Franstalige vluchtelingen gezin.

Mijn atelier is de letterlijke en figuurlijke ruimte die ik als meisje nooit had. Ja, ik had thuis bij mijn ouders een kamer en in de pleeggezinnen maar dat waren keurig nette kamers. Ik was braaf want ik mocht niet tot last zijn. Elvis Presley  en The Beatles aan de muren was al heel wat. Waar zijn mijn dagboeken (want dat deed ik wel)  uit mijn pleeggezinnen tijd gebleven? Die heb ik niet zelf weggegooid, of toch?

Mijn kinderen mochten vroeger tot een bepaalde grens best veel. En ik? Ik kwam los in het atelier. 
Maar wat nu? Wel of niet de verwarming laten repareren is wel of niet de hele zolder opruimen.
Wie wil er nog een koffer met dia’s en een diaprojector.

1743 woorden. Wil ik dit beleesbaar maken? Of gaat het mij om dit als onderdeel van het loslaten te maken? 

Mijn hart fluistert: herinneringen zitten in je. Altijd. 
Ja... dit zijn mooie herinneringen. Zo dierbaar. 

Ik ga koken. Dankbaar dat ik het goed heb.

1957 woorden🤔. In 1957 was ik 10 jaar. Retrograde Mercurius doet zijn werk.


















zondag 28 oktober 2018

2.38 Veelheid loslaten

Ben ik iemand die tegen een ander of mijzelf zegt: je bent te oud voor dit of dat? Nee. Het hangt van je geest af en van je fysieke gestel of je iets kunt behappen of ... wilt. Nu wíl ik mijn e- mail box leegkrijgen. Tot gisteren had ik tegen de 1000  o n g e le z e n berichten.